MBTZ Logo

De Verkade-fabriek, mogelijkheden voor herbestemming

Met Stoom Nr. 31 - September 1998

De Verkade-fabriek gelegen tussen de Westzijde en de Zaan, komt binnenkort leeg te staan. Momenteel wordt het gebouw nog gebruikt voor de productie van chocolade. Verkade trekt zich terug op een ander deel van het fabrieksterrein of gaat naar een nieuwe locatie. Er zal dus een nieuwe bestemming voor de gebouwen langs de Zaan gevonden moeten worden om sloop te voorkomen. Ik studeer momenteel af op de Technische Universiteit in Eindhoven bij de afstudeerrichting 'Bouwtechnisch Ontwerpen' met als specialisatie herbestemming van gebouwen. Als afstudeeronderwerp onderzoek ik de mogelijkheden van herbestemming voor deze Verkade-fabriek aan de Zaan. De rest van het fabriekscomplex, tussen de Westzijde en de Vaart, laat ik buiten beschouwing. Deze gebouwen zijn echter eveneens het behouden waard, alleen al omdat zo'n groot fabriekscomplex midden in het centrum niet vaak meer voorkomt. Dit is ook heel typerend voor de Zaanstreek, waar groot en klein naast elkaar bestaan (industrie midden in een woonbuurt).
Maud Naaykens

  De Verkadefabriek  
  De Verkadefabriek met aan de linkerkant de chocoladefabriek  

Analyse

Uit mijn vooronderzoek blijkt wat de gebruiks- en aanpassingsmogelijkheden van de gebouwen zijn. De mogelijkheden voor herbestemming van gebouwen worden onder meer bepaald door de volgende aspecten:

  1. Stedenbouwkundige aspecten
  2. Ruimtelijk functionele aspecten
  3. Bouwtechnische aspecten
  4. Constructieve aspecten
  5. Architectonische aspecten
  6. Bouwfysische aspecten
  7. Sociaal maatschappelijke aspecten

Door deze aspecten te onderzoeken kom je er achter welke delen van het complex bepalend zijn (niet of moeilijk te veranderen), en wat de kenmerken van het gebouw en de locatie zijn. Stedenbouwkundige kenmerken zijn de ligging in het centrum van Zaandam. De Westzijde, waar de Verkade-fabriek aan ligt, vormt een uitloper van het winkelcentrum, met af en toe nog kleine boetiekjes, banken en meubelzaken.

De ruimtelijke organisatie van het complex is niet altijd even helder. Het complex bestaat uit een wirwar van in elkaar overlopende ruimten. Het gebouw is in ongeveer 15 uitbreidingen en verbouwingen tot stand gekomen. Het eerste gebouw stamt uit 1886 en het laatste is in 1974 gebouwd. Elk pand is zelfstandig herkenbaar in de gevel. Er is een ontwikkeling van een kleinschalig naar een grootschalig productieproces te zien. De kolomafstanden, verdiepingshoogten en bouwhoogten zijn steeds zeer gevarieerd.

Bouwtechnisch gezien is het complex ook zeer gevarieerd. Er is een aantal verschillende kolomtypen in het complex te zien. Dit zijn overwegend gietijzeren kolommen met een aparte kolomkop en een doorsnede van 22 centimeter, maar ook gietijzeren kolommen met een doorsnede van 11 centimeter en gietijzeren kolommen met een vierkante doorsnede. Tevens zijn er houten kolommen en stalen I-profielen als kolommen gebruikt. Ook de dakconstructie is steeds verschillend. Het complex telt vijf verschillende houten kapconstructies en vier verschillende ijzerconstructies, waaronder Poloncean-spanten. De vloerconstructies die in het gebouw voorkomen zijn: houtconstructies, troggewelfvloeren, ijzer/betonvloeren en prefab vloeren.

  De houten kapcontructie Voorbeeld kolom met een doorsnede van 22 cm.  
  Links de houten kapconstructie in het oudste gebouw uit 1886. De rechter foto toont een kolomtype met een doorsnede van 22 cm. Dit type kolom is zeer karakteristiek voor de Verkade fabriek.  

Constructief gezien is er alleen een scheiding tussen de gebouwen tot 1936, waar een inwendig skelet is toegepast (dat wil zeggen kolommen met dragende gevels) en de gebouwen die na 1936 zijn gerealiseerd (de chocolade­fabriek) waar het volledig skelet is toegepast (de gevels zijn niet meer dragend).

Architectonisch gezien zijn de wit gepleisterde velden en rode ontlastingsbogen zeer karakteristiek aan het gebouw. Er is een ontwikkeling te zien van vele versieringen naar een hele zakelijke architectuur.
Afhankelijk van de nieuwe functie is het vaak moeilijk om aan de eisen van het bouwbesluit te voldoen zonder de karakteristieken van het gebouw aan te tasten. Vooral de brandwerendheidseisen en de bouwfysische eisen wat betreft energie, geluid en daglicht geven moeilijkheden. Gietijzeren kolommen en houten constructies moeten bijvoorbeeld vaak ingepakt worden (dit zal ik nog nader onderzoeken).

Sociaal-maatschappelijk gezien zijn er vele partijen met uiteenlopende doelstellingen met herbestemming gemoeid, waardoor het vaak moeilijk te verwezenlijken is.

  Polonceau spant  
  Een Polonceau spant, een van de vier verschillende ijzerencontructies in het Verkade complex.  

Wat, waarom behouden

De motivering van de monumentenzorg om de panden te behouden, is gegeven door 'Bureau inventarisatie en advies monumenten'. Aaneengesloten complex fabrieksgebouwen, met bakstenen gevelwand aan de Westzijde en langs de Zaan, met aldaar een hoge (sprinkler) toren, gebouwd in de periode 1886-1931. De fabriek is een van de beste en gaafste voorbeelden van een in fasen tot stand gekomen fabriekscomplex te Zaandam. De gebouwen zijn van architectuur historische waarde vanwege het bouwtype en de bouwstijlen, en om de grote gaafheid van de hoofdvorm en de detaillering. De situering van het complex, met silhouetbepalende toren, is van waarde als historisch industrie-ensemble aan de Zaan. Het complex is van historische waarde als exponent van de levensmiddelenindustrie te Zaandam, en als zodanig voor de sociaal-economische geschiedenis van Zaandam.

Bij deze beoordeling is het inwendige van de oudste panden en de chocoladefabriek als geheel buiten beschouwing gelaten. Dit zijn naar mijn mening echter twee belangrijke redenen om het gebouw te behouden. Er is in een periode van 1885 tot 1974 namelijk steeds verbouwd en uitgebreid, waardoor er door de ontwikkelingen in de loop der jaren, steeds verschillende constructies te zien zijn. Er is een ontwikkeling van houtconstructies naar lichte ijzerconstructies te zien, van gietijzeren kolommen naar stalen I-profielen, van houten en troggewelfvloeren naar ijzer/ beton vloeren.
Door de chocoladefabriek zijn er nog heel wat andere ontwikkelingen in het gebouw te zien. Zoals van een architectuur met vele versieringen naar een heel functionalistische architectuur. Van inwendig skelet naar volledig skelet. Van een kleinschalig naar een grootschalig productieproces. Stedenbouwkundig sluit het gebouw ook beter aan als het in zijn geheel behouden blijft. Het is erg bijzonder dat er zoveel ontwikkelingen in één gebouw te zien zijn, daarom moet ook de chocoladefabriek behouden worden en niet alleen de oudste panden.

  De gevelwand aan de Westzijde  
  Dit is de gevelwand aan de Westzijde. De gepleisterde velden en de rode ontlastingsbogen zijn zeer karakteristiek voor de Verkade fabriek.  

Door de wirwar van ruimtes en door de grote diepte zal er voor de realisatie van een nieuwe functie (herbestemming) gesloopt moeten worden. Hierbij moet er wel op gelet worden dat de karakteristieken van het gebouw behouden blijven. Dus de ontwikkelingen in architectuur, bouwtechniek, constructies en het productieproces moeten zichtbaar blijven.
Ook zeer karakteristiek voor het gebouw zijn de gevelwanden aan de Westzijde en aan de Zaan. In de figuren 1 en 2 is een overzicht te zien van de gebouwen die behouden moeten worden om de ontwikkeling in bouwtechniek, constructies en productieproces te blijven zien, tevens een overzicht van de gebouwen die behouden moeten worden om de ontwikkeling in de architectuur te blijven zien en om de gevelwand aan de Zaan en aan de Westzijde niet te zeer aan te tasten.

  Figuur 1 Figuur 2  
  Figuur 1 Figuur 2  
  Figuur 1 geeft een overzicht van de gebouwen die behouden moeten worden om de ontwikkelingen in de architectuur te blijven zien, en om de gevelwand aan de Zaan en aan de Westzijde niet te zeer aan te tasten.
Figuur 2 geeft een overzicht van de gebouwen die behouden moeten worden om de ontwikkelingen in bouwtechniek, constructies en productieproces te blijven zien.
 

Functies

Door delen te slopen is er nog heel veel mogelijk in het gebouw. Het is geschikt te maken voor vele functies. De kleinschaligheid van de gevels en de stedenbouwkundige situatie zijn naar mijn mening het meest bepalend voor een nieuwe functie. Het feit dat elk bouwdeel anders en zelfstandig herkenbaar is vraagt om een verzameling van functies, zodat elk gebouw afzonderlijk optimaal wordt benut.

Zelf vind ik woningen erg geschikt voor het gebouw, het gebouw ziet er namelijk niet uit als een fabrieksgebouw, eerder als een woongebouw. In elk bouwdeel zouden dan verschillende woonvormen komen. Woonvormen die ik zeer geschikt vind, zijn luxe appartementen (vanwege de ligging aan het water), woningen voor jonge tweeverdieners en woningen met werkruimten (vanwege de ligging in het centrum en nabij Amsterdam). Het zou wel zonde zijn als alleen de bewoners het gebouw van binnen konden zien. Daarom zouden er naar mijn mening ook een aantal publieke functies in het gebouw moeten komen, zoals winkels, café restaurant en museum. Ik zou van het plein gelegen naast de Verkade-fabriek een beëindiging van het winkelgebied willen maken door er deze publieke functies te situeren.

Het gebouw is naar mijn mening ook zeer geschikt voor een Verkade museum, in plaats van op de Zaanse Schans. Men verwacht echter een te klein publieksaanhod voor een zelfstandig museum, maar er zouden boottochtjes vanuit de Zaanse Schans georganiseerd kunnen worden, die hij Verkade aanleggen. Tevens zijn er al fietsroutes langs oude fabrieks­gebouwen in de Zaanstreek. Met het Zaanoeverproject wil de gemeente ook de hele Zaanstreek aantrekkelijk maken voor toeristen, waar dit dan al een bijdrage toe levert. Het parkeren zou in de chocoladefabriek kunnen, omdat die een hele gunstige kolomafstand voor parkeren heeft. Als het museum in de bestaande panden wordt ondergebracht vormen de panden ook een onderdeel van het museum. Parkeren voor de woningen kan ook in de chocoladefabriek plaatsvinden, zodat er geen grote parkeerterreinen ontstaan die de leefbaarheid van een gebied nadelig beïnvloeden.

In het tweede deel van mijn afstuderen kijk ik hoe deze functies ondergebracht kunnen worden in de Verkade-fabriek, waarbij ik de constructies in het zicht kan laten en het karakteristieke gevelaanzicht aan de Zaan en aan de Westzijde behoud. Ik wil door die delen te slopen die geen bijzondere constructies hebben, de gebouwdelen waaruit de Verkade-fabriek is opgebouwd meer op zichzelf zetten en benadrukken. Op onderstaande foto is te zien welke bouwdelen ik wil behouden. De woningen wil ik rond het binnengebied situeren en het museum, de winkels en het restaurant aan het Zaanplein, dat rechts van de Verkade-fabriek ligt.

In november 1998 zal ik met het ontwerp klaar zijn, waarna ik een presentatie moet houden. Geïnteresseerden kunnen contact met mij opnemen.

  De maquette van het Verkade complex  
  Deze maquette geeft een overzicht van de gebouwen waar in het afstudeerproject van Maud Naaykens een nieuwe bestemming voor wordt gevonden.