Tot op de dag van vandaag is de Machinefabriek en Motorenherstelplaats van de familie Kramer gevestigd op het Hemmes, het schiereiland tussen de Kuil en de Poel aan de oostkant van de Zaan.
Door Jan Aafjes
Er bestaan vele bekende namen in de motorenwereld, zoals Stork, Brons, Werkspoor, Kromhout, maar over de Kramer-motor gaat het volgende artikel. Velen zullen nog nooit van de Kramer-motor gehoord hebben, daarom eerst een stukje historie.
De Prins van Oranje met op de achtergrond links bij de molens machinefabriek Kramer |
Zijn eerste klanten waren beurtschippers en de schippers, die voor de grote Zaanse firma’s in relatie voeren.
In die tijd gingen vele schippers over van zeil op motor en Kramer kreeg het druk met het inbouwen van gloeikopmotoren van de toen meest gangbare merken als Kromhout, Industrie en Renes.
Ook ging Kramer wel op karwei, want in die tijd werden in veel molens motoren geplaatst, die dan door middel van drijfriemen in plaats van met windenergie het molenmechaniek aandreven. In de molens werd vaak een Brons motor geplaatst. Zodoende kreeg Kramer veel kennis van allerlei soorten motoren en zag hij ook de tekortkomingen hiervan. Kramer experimenteerde graag samen met zijn intussen in dienst gekomen monteur Klaas Beekhoven. Hij had speciaal de Kromhout gloeikopmotor op het oog, omdat deze motor wat moeite had met het aanzuigen van de spoellucht via het carter.
De motor had leren inlaatkleppen onder bij het carter, die als de zuiger naar boven bewoog door de onderdruk onder de zuiger opengezogen moesten worden om zodoende nieuwe lucht onder de zuiger te krijgen. Die leren kleppen waren eigenlijk niet soepel genoeg en zodoende werd er onvoldoende verse lucht aangezogen. Kramer had daar met zijn uitvinding van de ‘Kramermotor’ wat op gevonden. Zijn motor had dezelfde leren kleppen onder bij het carter, maar daarnaast had de Kramermotor een ‘spoelschijf’. Deze schijf liep mee op de krukas, dus als de zuiger naar boven bewoog, gingen niet alleen de leren spoelpoorten open, maar kwam door de schijf een opening vrij voor in de motor, waar dan extra spoellucht door werd aangezogen. Zo had de motor een optimale luchtvulling. Het gat sloot weer, zo gauw de zuiger aan zijn arbeidsslag begon, dus als de zuiger naar beneden bewoog na de explosie in het bovenste gedeelte van de cilinder van de motor.
Deze extra luchttoevoer gaf de kleine Kramer-motor een enorm rendement, want eigenlijk was het een motortje van niks met zijn 15 pk en qua afmeting was ze veel kleiner dan een Kromhoutmotor van hetzelfde vermogen.
De Kramermotor heeft een zuiger met een lengte van 30 cm bij een boring, dus een binnenwerkse cilinderlengte, van 160/170 cm. Kramer heeft een 1-cilinder- en een 2-cilinder-motor gebouwd. De 2-cilinder had dan ook een vermogen van 30 pk.
Totaal zijn er twaalf 1-cilinder en een vijftal 2-cilinder motoren gebouwd.
15 pk Kramer motor. De vierkante plaat met 6 gaten is het aanzuigkleppenstelsel van Kromhout en ook aanwezig bij de Kramer motor, echter rechts onder de kleine cylinder zit bij de Kramermotor de extra sleuf voor lucht aan te zuigen (zie ook detailfoto) |
Er staat bij de firma Kramer nu nog een 1-cilinder Kramermotor, die ooit in een opduwer heeft gestaan. Als Cees Kramer daarover vertelt wordt hij er nog confuus van, zoals hij nu nog zegt. Hij vertelt dat als volgt:
Zo’n dertig jaar geleden kwam er een opduwertje voor de wal bij de firma Kramer met een Kramermotortje erin. Na overleg hebben we de Kramermotor eruit gehaald en de schipper er een andere motor voor in de plaats gegeven. Het was een versleten ‘potkacheltje’ en is toen in een kistje bij ons in de werkplaats terechtgekomen. De schipper is vertrokken, die was blij dat hij dat ouwe ding kwijt was.
Dat ouwe spulletje heeft jaren in dat kistje gestaan, totdat op een gegeven moment het wat stil was op het bedrijf. Cees Kramer vertelt dan:
We zeiden tegen elkaar we zullen eens kijken wat we ervan kunnen maken. We hebben er toen een dag of wat aan gewerkt, alles bij elkaar gezocht, schoongemaakt, in elkaar gezet en er een knap voetstukje onder gemaakt. Alle leidinkjes keurig gepoetst en de motor geschilderd en toen
draaien met dat ding.
Cor Kramer (1891), de uitvinder van de Kramer-motor |
Tot zover het verhaal van Cees Kramer.
Verder staat er bij de firma Kramer ook nog een 2-cilinder Kramermotortje.