De werkboot 'Beverwijck'

Door Wladimir Dobber

werkboot de Beverwijck

Dames en Heren,

Het is mij een genoegen om u op deze unieke plek iets te mogen vertellen over de kleine bootjes en schuiten, die in de loop der eeuwen, omgekeerd evenredig aan hun omvang, bijzonder belangrijke zijn geweest in de land- en maritieme geschiedenis van ons land.

In een tijd dat de wegen nog dermate slecht waren en door het vele water, vaak gebruik moest worden gemaakt van veren, was vervoer over water de aangewezen manier om snel van A naar B te komen. De Zaan en de wateren daaromheen vervulden daarbij in onze streek een prominente rol.

Waar de tentoonstelling 'Het varen over de Zaan' zich voornamelijk richt op de grotere schepen en hun geschiedenis, is het een voorrecht dat hier in de hal van het museum ook de replica van een kleine 17e-eeuwse werkboot een opvallende plaats heeft gekregen.

Werkboten als de 'Beverwijck' zijn vanaf de zestiende eeuw tot de negentiende eeuw in onvoorstelbaar grote aantallen gebouwd. Schattingen hebben aangegeven dat het om meer dan 20.000 boten gaat. Ook in de Zaanstreek zijn grote aantallen van deze boten gebouwd. Op grote werven en op timmerwerfjes in de streek.

Sinds 2006 worden er op de werf 'De Liefde', die deel uitmaakt van het Industrieel Erfgoedpark 'De Hoop', in opdracht van de partenrederij 'Vereenigde Compagnie Yemont' van deze boten gebouwd. Zij hebben een lengte tussen de stevens van 15 voet. De eerste van een kleine vloot van 5 van deze boten is de 'Beverwijck'. Met deze boten die alle zijn vernoemd naar een V.O.C.-schip, laat de VCY de geschiedenis herleven door deze in te zetten voor het geven van erfgoededucatie aan leerlingen van de basisscholen.

Daarbij wordt het belang van deze kleine, onaanzienlijke bootjes uitgedragen. Want dat zij belangrijk zijn geweest voor onze maritieme geschiedenis mag duidelijk zijn. Geen enkel groot schip voer uit zonder een of meer van deze boten. Op de grote retourschepen van de VOC werden meerdere van deze boten meegenomen. Voor de communicatie tussen de schepen en de wal, tussen de schepen onderling op de redes, voor het provianderen, bij het loden van ankerplaatsen, het verkennen van onbekende kusten, tijdens zeeslagen waarbij zij waren uitgerust met een klein kanon en tenslotte als reddingboot.

Met de bouw van deze eikenhouten bootjes probeert het Industrieel Erfgoedpark 'De Hoop' de relatie te leggen tussen de ontwikkeling van de houtzaagmolen en de rol die deze heeft gespeeld bij de ontwikkeling van ons land als maritieme grootmacht.
Daarmee wordt ook duidelijk waarom deze Uitgeester boot hier in het Zaans Museum mag deelnemen aan deze fantastische tentoonstelling. De uitvinding van de houtzaagmolen door Cornelis Corneliszoon van Uitgeest bracht aanvankelijk voornamelijk in de Zaanstreek welvaart door de ontwikkeling van scheepswerven, die tot het moment van de uitvinding van de houtzaagmolen alle hout met de hand moesten zagen. Zagen met de molen ging dertig keer sneller. Door de weerstand tegen deze innovatie van de houtzagersgilden van Amsterdam, konden de Zaanse werven een belangrijke voorsprong opbouwen.

Ik sluit af met u veel plezier bij het bezoek aan de tentoonstelling toe te wensen.

Wladimir Dobber

werkboot de Beverwijck werkboot de Beverwijck werkboot de Beverwijck

Van links naar rechts:
De 'Beverwijck', de eerste replica van de 17e-eeuwse werkboot, gebouwd op het erfgoedpark 'De Hoop' in Uitgeest.
Een detail van het werk van een onbekende schilder dat als voorbeeld diende voor de 'werkboot.'
Het krombranden van de huidgangen met behulp van water en open vuur.