Monumentaal aan de Zaan | → | Naslagwerk | → | |
Op 28 april 1843 tekende koning Willem II het besluit waarbij in Zaandam een Kamer van Koophandel en Fabryken werd opgericht. Op basis van de in de archieven van de Kamer bewaarde notulen vertelt Zaansche toestanden het verhaal van 150 jaar Zaanse Kamer van Koophandel. Daarbij komen tal van onderwerpen uit de Zaanse sociale en economische geschiedenis aan bod: de aanleg van de spoorwegen, de postbezorging, het opkomend socialisme, de aanleg van het Noordzeekanaal en van de zeehaven van Zaandam, de watersnood van 1916, de crisis van de jaren '30, het Noordzeekanaal als obstakel voor het verkeer en de roep om een tunnelverbinding, de aanleg van de Coentunnel en de roep om een tweede Coentunnel.
Zaansche toestanden laat zien hoe de Kamer en haar leden in de loop van 150 jaar over deze en vele andere zaken dachten.
Wanneer een instelling als de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor de Zaanstreek - zoals de tegenwoordige naam luidt - het 150-jarig bestaan haalt is dat op zichzelf geen verdienste. De waarde van de Kamer ligt in de manier waarop zij invulling geeft aan haar wettelijke doelstelling, de behartiging van de economische belangen van het bedrijfsleven in haar gebied. Aan de Kamer is de uitvoering van een aantal wettelijke taken toevertrouwd. Als zodanig zijn er geen verschillen met andere Kamers in de uit te voeren werkzaamheden. De verschillen liggen in de wijze waarop zij inhoud geeft aan de dienstverlening aan het bedrijfsleven - de voorlichtings- en informatiefunctie - en de mate waarin zij gebruik maakt van haar wettelijk recht de overheid gevraagd en ongevraagd van advies te dienen over zaken, die de economische belangen van het bedrijfsleven betreffen, juist in de manier waarop de Kamer aan deze laatste taakstelling gestalte geeft ligt haar grote waarde. De Kamer tracht door haar adviezen bij te dragen aan de totstandkoming van een ondernemingsklimaat waarin het voor het bedrijfsleven goed werken is. Daarbij is vooral de regionale invalshoek van groot belang. Het gaat om de belangen van de bedrijven in het eigen gebied.
In onze jubileumuitgave 'Zaansche toestanden' heeft auteur Cees van Dalsem - hoofd sector beleidsadvisering van de Kamer - getracht weer te geven op welke wijze de Kamer in 150 jaar de economische belangen van het bedrijfsleven heeft behartigd. De Kamer heeft dat op volstrekt eigen wijze gedaan. Kon en moest dit ook doen. De wettelijke taken liggen voor alle Kamers vast en zijn ook voor een ieder gelijk. De waarde van een Kamer voor het regionale bedrijfsleven ligt vooral in het regionale aspect van de belangenbehartiging. Uit de naamgeving van het boek, 'Zaansche toestanden', blijkt, dat de schrijver vooral heeft willen weergeven hoe de Zaanse Kamer tegen de ontwikkelingen in de streek aankeek en hoe zij haar standpunten naar voren bracht. Standpunten die wij nu soms met een glimlach bezien.
Maar zo zal het in de toekomst onze nazaten niet anders vergaan wanneer zij kennis nemen van hetgeen wij vandaag de dag naar voren brengen. De toekomst van de Kamers van Koophandel is in discussie. Ik ben daarbij van mening, dat tot in lengte van jaren instellingen zullen blijven bestaan, die de mening van het bedrijfsleven naar voren brengen waar en wanneer dat nodig is. Of deze instellingen dan nog steeds Kamer van Koophandel heten of onder een andere naam zullen werken is daarbij niet van belang. Gaarne wens ik u toe, dat u met veel interesse zult kennisnemen van hetgeen onze Kamer in 150 jaar heeft gemeend naar voren te moeten brengen in het belang van het regionale bedrijfsleven.
April 1993
N.J. Visser,
voorzitter Kamer van Koophandel
en Fabrieken voor de Zaanstreek
Uitgave: | Kamer van Koophandel en Fabrieken voor de Zaanstreek |
Tekst: | Cees van Dalsem |
Vormgeving: | Pieter Klomp |
Omvang: | 160 pagina's |
Formaat: | 24 x 30 cm |
ISBN: | 90 6611 013 9 |